De walskoning, Johann Strauss Jr. was veel meer dan een geniale schepper van " lichte " dansmuziek. Hij was niet alleen het  symbool van een epoche, maar bracht levensvreugde, als geen ander, in zijn muziek. Hij was niet alleen een symbool voor zijn stad Wenen, die aan het hoogtepunt van haar culturele ontwikkeling was gekomen. Hij was ook een internationaal bewonderde componist en dirigent, die zelfs door grote meesters zoals Berlioz, Schumann Wagner en Brahms gerespecteerd en gehuldigd werd.

Johann Strauss Jr. werd op 25 oktober 1825 in Wenen geboren in een muzikaal nest. Zijn vader Johann Strauss Sr. was toen reeds een beroemd componist en dirigent (" Radetsky Mars "). Tegen de wil van zijn vader in koos hij voor de muziek als beroep. Op zijn negentiende stond hij reeds aan het hoofd van een eigen orkest. Later toen hij zich volledig ging toespitsen op het componeren zou hij het orkest aan zijn eveneens getalenteerde broers Joseph en Eduard overlaten. Zijn eigenlijke theaterwerk is begonnen in 1871 met de operette " Indigo ", daarna volgde in 1873 " Carnaval in Rome " en in 1874 zijn meesterwerk " Die Fledermaus " nadien zouden er nog 14 volgen.

Gedurende zijn leven was hij zowel bekend of beroemd als " Walskoning " . De populariteit van de Weense wals was wel voor een groot deel aan hem te danken. De Weense wals werd in die tijd voornamelijk in danszalen gespeeld. Het was aan Johann Strauss Jr. te danken dat de Weense wals op het niveau van het concertpodium werd getild.

Hij overvleugelde zijn vader als componist met zijn beroemdste werk " Radetsky Mars " al heel vlug voorbij en beleefde successen over gans Europa. Hij zou echter op 3 juni 1899 aan een vewaarloosde bronchitis, die een longontsteking werd, overlijden.

Zijn Werk.

Hij componeerde niet minder dan 148 orkestrale werken zoals walsen, polka's, mazurka's en marsen, waarvan enkele van de beste en populairste klassiekers zijn :

1858 " Champagne Polka " Op. 211

1858 " Tritsch - Tratsch " polka schnell Op.214

1866 " Wiener Bonbons " wals Op.307

1867 " An der schönen blauen Donau " wals Op.314 

1868 " Unter Donner und Blitz polka schnell Op. 324

1868 " Geschichten aus dem Wienerwald wals Op.325 

1869 " Pizzicato " polka ( een compositie samen met zijn broer Joseph).

Deze klassiekers worden bijna ieder jaar op het internationaal nieuwjaarsconcert te Wenen uitgevoerd. 

 Zijn Theaterwerk.

Zijn theaterwerk bestaat uit één opera 1891 " Ritter Pàsmàn " in drie bedrijven en één balletwerk 1899 " Aschenbrödel ".

Tussen 1868 en 1897 componeerde hij 17 operettes waarvan enkele terecht beschouwd worden als een komische opera:

1868 " Die Lustigen Weiber von Wien " nooit uitgevoerd.

1871 " Indigo und die vierzig Räuber " .

1873 " Karneval in Rom " .

1874 " Die Fledermaus " 

1875 " Cagliostro in Wien ".

1876 " Prinz Methusalem .

1878 " Blindekuh " .

1880 " Das Spitzentuch der Königin ".

1881 " Der lustige Krieg ".

1883 " Ein Nacht in Venedig ".

1885 " Der Zigeunerbaron ".

1887 " Simplicius " .

1893 " Fürstin Ninetta ".

1894 " Jabuka oder Das Apfelfest ".

1895 " Waldmeister ".

1897 " Göttin der Vernunft ".

De vet gedrukte zijn meest beroemde en repertoire houdende composities.