" La Gioconda " Amilcare Poncielli
Een opera van Amilcare Poncielli in vier akten met ballet.
Libretto door Arrigo Boito vaan Victor Hugo's toneelstuk " Angelo, tiran van Padua " (1835).
Inleiding.
Sommige operacomponisten worden slechts met één opera beroemd, hun andere werken worden zelden of nooit uitgevoerd. Zo ook bij Poncielli met zijn " La Gioconda ", hij schreef er nochtans 10 in totaal, onder andere " I Promessi Spori " (1856), " I Lutiani " (1874), " I Figliuol Prodigo " (1880) als bekendste, maar ze haalden nooit het niveau van zijn " La Gioconda ". De de onvoltooide opera " I mori de Venezia " ging postuum, met succes, in première in 1914 te Monte Carlo, met Martinelli Baklanoff en Lipkowska. Boito bewerkte, onder een pseudoniem, het toneelstuk van Victor Hugo " Angelo, Tyran de Padua " Boito was ook op dat zelfde moment met de herwerking van zijn eigen opera " Mefistofele " druk bezig en het werd hem verweten dat hij de opdracht voor Poncielli op het tweede plan schoof. Zijn " Mefistofele " was te Milaan een complete mislukking geworden, maar de drastische ingekorte versie voor Bologna werd al vanaf de première een triomf. In dat zelfde jaar ging ook in 1876 " La Gioconda " in première aan de Scala van Milaan op 8 april.
La Gioconda een Venetiaanse straatzangeres, en een scheepskapitein Enzo zijn verliefd, totdat Enzo op een dag in de gemalin van de staatsinquisiteur de liefde van zijn leven herkent. Het drama draait rond Gioconda's jaloezie en haar opofferingsgezindheid, dit vormt het thema van deze opera.
Rolverdeling. Stem. Eerste Cast.
Gioconda een straatzangeres ---------------- sopraan ---------------------- Maddalena Mariani Masi
Laura Adorno echtgenote van Alvise -------- mezzo-sopraan ------ Marietta Biancolini Rodrigues
La Cieca, de moeder van Gioconda --------- alt ---------------------------------- Eufenia Barlani Diri
Enzo Grimaldi Genuese prins (zeeman) ---- tenor ------------------------------------ Julian Gayarre
Barnaba, inquistiespion ---------------------- bariton ----------------------------- Gottardo Aldighieri
Alvise Badoero, Laura's echtgenoot -------- bas --------------------------------------- Ormondo Mairi
Isèpo, een schrijver -------------------------- tenor ------------------------------------- Amadeo Grazzi
Zwàne, een schipper ------------------------- bas ------------------------- Giovanni Battista Cornago
Een zanger ------------------------------------- bas ------------------------- Giovanni Battista Cornago
Een stuurmaan -------------------------------- bas ------------------------- Giovanni Battista Cornago
Plaats en tijd: Ventië 17de eeuw.
Akt. 1
In de muil van de leeuw.
De opera speelt in het Venetië van de 17de eeuw en als na de ouverture het doek open gaat, zien we een binnenplaats van het dogenpaleis. Het carnaval is bezig en de burgers dansen en zingen en verheugen zich op de gondelregatta. Barnaba, een informant van de inquisitie, betreedt het toneel in de kledij van een straatzanger. Hij verkneukelt zich over de geheime macht die hij als spion van de inquisitie bezit. Hem kwelt slechts slechts één ding: hij wil dat de straatzangeres Gioconda voor hem valt, maar ze lijkt niets voor hem te voelen. Gioconda leidt haar blinde moeder " La Cieca ", het plein op. Beide vrouwen bezingen het geluk dat ze aan elkaar hebben ( duet: " Madre adorata ") Barnaba gaat naar Gioconda toe en verklaart haar zijn liefde, maar zij wijst hem af en verlaat het plein. Gekwetst stort hij zich nu op haar moeder om zo dichter bij haar dochter te komen.
De winnaar van de regatta wordt door de Venetianen op de schouders gedragen. Zuàne de verliezer van de bootrace, blijft verslagen achter. Barnaba hitst hem op. Hij zou verloren hebben omdat de gondel behekst zou zijn. Barnaba praat op de menigte in, hij stelt dat de oude vrouw ook al is ze blind het boze oog heeft. Verbrand de heks, roept nu de menigte. De mensen sleuren nu de blinde vrouw tegen de grond, maar gelukkig schieten Gioconda en haar vriend haar ter hulp. Gioconda's geliefde heet Enzo Giordan, hij is kapitein op een Dalmatisch schip.
Ondertussen zijn staatsinquisiteur Alvise Badoero en zijn vrouw Laura op het bordes verschenen. In tegenstelling tot de anderen draagt Laura een carnavalsmasker. Ze roept de onrustige mensen dat ze zich genadig moeten gedragen, en vraagt haar man om de blinde vrouw te sparen. Ze kan geen heks zijn want ze houdt een rozenkrans in haar handen, een bewijs van haar vroomheid. Badoero die gaat gekleed in een vuurrood gewaad met een gouden sjerp, ontneemt het volk het recht over de blinde vrouw te oordelen. Gioconda smeekt om genade.
Enzo herkent Laura's stem, al kan het publiek de samenhang niet doorzien. La Cieca is gered en zingt dankbaar ( arria:" Voce di dorma od'angelo ") . Gioconda vraagt de vrouw die haar heeft gered naar haar naam, en ze antwoordt " Laura ". " Ze is het ! " mompelt een verbaasde Enzo in zichzelf.
Barnaba en Enzo blijven achter. De spion kijkt Enzo aan en weet direct wie hij daar voor zich heeft. " Enzo Grimaldo " niet waar ? De vorst van Santiafior en van Genese afkomst. ( het grote duet tussen Enzo en Barnaba: " O grido di quest'anima "). Ooit was hij verliefd op de eveneens Genese Laura, maar die is inmiddels getrouwd met de inquisiteur Badoero uit Venetië. Badoero heeft Enzo verboden ooit nog voet te zetten op Venetiaans grondgebied. Het verlangen om Laura nog eens terug te zien, was te sterk geweest, en heeft hem toch terug naar Venetië gelokt.
Enzo roept vertwijfeld uit dat hij echt van La Gioconda houdt, maar Barnaba confronteert hem met de waarheid: hij houdt van Gioconda als van een zus, maar bemint Laura. Daarop belooft Barnaba hem dat hij er voor zal zorgen dat Laura vanavond naar zijn schip zal komen. Het is een duivelsplan waarmee Barnaba zich van Enzo hoopt te ontdoen, zodat hij vrij spel heeft met Gioconda. Enzo doorziet dat duivelsplan niet en is door het dolle heen. Met de woorden " O grido di quest' anima " stormt hij het podium af. ( de figuur van Barnaba is in veel opzichten eigenlijk een voorbode van het personage " Jago " in Verdi's " Ottelo " waarvoor trouwens ook Boito het libretto heeft geschreven.) Barnaba dicteert een van zijn mannen , Isépe, een brief aan Alvise, waarin hij uit de doeken doet dat zijn vrouw Laura en Enzo elkaar deze avond gaan ontmoeten op het schip " Dalmatier ", en dat ze daar elkaar zullen treffen om samen te vluchten. Hij ondertekent met " La Bocca del Leone ", " De muil van de leeuw ". Giocanda heeft gehoord wat hij heeft gedicteerd en is volkomen onderste boven, van het gedrag van haar geliefde.
Vervolgens bezingt Barnaba het Dogenpaleis, de thuisbasis van de zo machtige inquisitie ( aria: " O Mommento ") Het publiek stormt toe en danst uitgelaten rond, tot een priester op het balkon treedt en begeleid door een orgel oproept tot de vespers. Door het verstilde gezang heen weerklinkt plotseling luid en duidelijk Gioconda's stem (" Tradita ").
Duet tussen Gioconda en haar moeder Cieca -Milanov en Amparan opname1956
Historische opname van het duet tussen Barnaba en Enzo door " Titto Ruffo en Bejamino Gigli 1926
Akt. 2 " De rozenkrans "
Op het toneel zien we een zeilschip. Enzo's zeelieden maken het schip klaar voor vertrek, de schippers zingen hier samen een ( een grote koorscéne: " Ho ! He !.. Ho ! He !...........) Barnaba die zich nu als visser heeft verkleed, mengt zich onder de matrozen. Hij meldt Isépo dat het schip tachtig matrozen aan boord heeft, maar niet meer dan dertig riemen en drie kleine kanonnen. Hij geeft hem de opdracht onopvallend wachtposten op te trekken langs de kade om Enzo en Laura te kunnen opwachten. De matrozen wenst hij een goede vangst toe ( aria: " Pescator, affonda l'esca ") Enzo stormt opgetogen het dek op en verkondigt staand aan de reling, dat ze weldra zullen vertrekken. Vervolgens stuurt hij zijn mannen naar hun kooien, hij zal de wacht van nacht wel opgaan, zo kan hij wachten op Laura. Op prachtige gevoelige klanken zet hij zijn beroemde liefdeslied in ( aria: " Cielo e mar ") Ondertussen wordt het nacht.
Eindelijk arriveert Laura op de kade: de stuurman die haar in een bootje hier naartoe heeft gebracht, heeft haar bang gemaakt. Maar Enzo stelt haar gerust, nu telt alleen nog de liefde. Hun hartstochtelijk ( duet: " Deh ! Non Turbare "). Enzo gaat weer snel aan boord om het vertrek voor te bereiden. Maar Laura is allerminst gelukkig. Ze wordt geplaagd door schuldgevoelens , " mijn hart is vol tranen ". Op de kade ontdekt ze een madonna beeld , ze slaat een kruisje en begint te bidden. Dan verschijnt er een gemaskerde vrouw, Gioconda. Op Laura's geschrokken vraag, wie ze is , antwoordt Gioconda " Ik ben de schaduw die op jou wacht. Mijn naam is vergelding, ik hou van de man van wie ook jij houdt ". Het komt tot een bitter jaloezie duel, door beide dramatische sopranen vol passie uitgevoerd. De scéne mondt uit in een geweldige confrontatie. Gioconda trekt een dolk en wil daarmee Laura neersteken. Zo ver hoeft ze niet te gaan, want ze ziet al een veel ergere straf voor Laura hangen, haar echtgenoot, die in een bootje aankomt varen. In vertwijfeling houdt Laura een rozenkrans omhoog voor de madonna, en Gioconda herkent de rozenkrans van haar moeder. Laura was dus diegene die haar moeder heeft gered ! Snel trekt ze het masker van haar gezicht, onthult wie ze is en duwt Laura haar eigen boot in, zodat ze zich in veiligheid kan brengen. De mannen van Alvises boot gaan achter haar aan . Ondertussen komt Enzo aangerend en roept Laura's naam, maar hij vindt Gioconda. Ze liegt Laura zou niet meer van hem houden. Haar schuldgevoelens waren groter dan haar liefde, ze is vertrokken, en ik blijf hier ! Enzo verwijt haar enkel haat in haar hart te voelen, ze heeft volgens hem nooit echt van hem gehouden. Hun ruzie wordt onderbroken door angstgeschreeuw: de galeien komen! Gioconda vertrouwt Enzo toe dat hij door een schurk is verraden. Enzo's matrozen verzamelen zich op het dek om zo snel mogelijk af te kunnen meren, maar Enzo is op wraak uit. De mannen leggen aan , en de finale van dit bedrijf mondt uit in een complete chaos. In deze grote scéne wordt het publiek verrast met bulderende kanonnen, een zinkend schip, jaloezie en vertwijfeling een totale chaos.
" La Gioconda " aria van Enzo " Cielo e mar " Tito Schipa 1913.
La Gioconda duet tussen Enzo en Laura " Deh ! Non turbore " (1979)
Akt. 3 " Het gouden huis ".
In het gouden huis van Venetië, Ca d'Oro, zingt Alvise een (wraak aria :" Si moril ella de ") Hij zint op een plannetje om zijn echtgenote tijdens het grote bal van die avond te vergiftigen. Het flesje met het gif staat al klaar ( aria: " Ombre di mia prorapia ") . Laura betreedt de ruimte in een feestelijke avondjurk getooid met dure juwelen. Alvise confronteert haar met haar vernoemde ontrouw en dreigt de zwarte sluier te verscheuren, maar zij ontkent alles en barst in tranen uit. Het doet Alvise niets : " Vergeefs zijn jouw tranen " ! Bereid je voor op sterven " zegt hij. Hij rukt een deur open en toont haar een grafkist die al in een zijkamertje staat te wachten. Ze moet sterven terwijl verderop het bal volop gaande is. Hij drukt haar het flesje gif in de handen en vertrekt.
Het drama neemt echter een verrassende wending als Gioconda verschijnt en Laura een ander flesje geeft, er zit een drankje in dat haar in een diepe slaap zal brengen. Zo diep dat het zal lijken of ze dood is. Ademloos vertelt Gioconda dat ze vermoedens had van Alvise's plan, en dat haar moeder, La Cieca, nu voor Laura's redding bidt. Laura drinkt het slaapmiddel, Gioconda giet het gif om in het lege flesje, stopt het tussen haar kleren en laat het lege flesje in de kamer achter. Beide vrouwen verlaten gehaast het vertrek. Alvise verschijnt , ziet het flesje en verlaat de kamer weer. Daarop keert Gioconda terug, ze zingt dat ze het voor alle moeders heeft gedaan ( aria: " O madre mia ") We zien de feestvierders op het bal.
Alvise groet de goed geluimde gasten in hun prachtige kostuums. Gochelaars met hun Venetiaanse carnavalsmaskers dansen rond en maken grapjes. Gioconda danst mee, en er worden meerdere " Danze della ore" de zogenaamde uren dansen uitgevoerd door ballerina's in mooie witte jurken, gewijd aan de dag, de avond en de nacht. ( " Poncielli schrijft hier een betoverend stukje balletmuziek ") De prima ballerina draagt een jurk die sterk lijkt op Laura's baljurk, iets wat ook Alvise opvalt. De vrolijke scéne doet hier vermoeden dat die wel eens de sterk contrasterende opmaak zou kunnen zijn voor het tragische einde van de opera, met name in de melancholische taferelen. Plotseling sleurt Barnaba Cieca de zaal in. Hij zou haar in verboden vertrekken hebben betrapt, waar ze zich aan hekserij overgaf. Cieca ontkent dat, ze zou enkel gebeden hebben voor een stervende. Wanneer doodsklokken worden geluid, stormt een van de gemaskerde gasten naar voren, Enzo. Hij onthult zijn identiteit aan Alvise, hij is de man die door de Inquistie werd beroofd van zijn vaderland en zijn grote liefde. Alvise legt de verantwoordelijkheid voor Enzo in Barnaba's handen, deze moet zijn vijand met zijn leven bewaken. Fluisterend biedt Gioconda zich daarop aan, aan Barnaba, de man die ze haat, ze zal de zijne worden, als hij Enzo laat gaan. Barnaba neemt het voorstel aan. Gioconda verlangt daarop van hem dat hij Enzo naar de kerk van de verlosser laat brengen.
https://www.youtube.com/watch?v=Gb1An2BTN7M
Dit is een link naar de balletuitvoering
aan de Muntschouwburg van Brussel zodat de liefhebbers het vergelijk zouden kunnen maken met een moderne interpretatie tegenover het klassieke ballet. Ik waarschuw echter voor de realistische beelden van geweld en verkrachting dit is niet mijn ding om op het
podium te brengen.
Balletscéne uit La Gioconda " De Urendans " .
Akt.4 " Het Orfano-kanaal ".
Het is nacht. We bevinden ons op het Venetiaanse eiland Guidecca, waar Gioconda woont. Haar vrienden dragen Laura binnen en leggen haar in een bovenkamer in bed. Gioconda heeft nog een verzoek aan haar vrienden, haar moeder is sinds de nacht vermist en ze vraagd de mannen de oude vrouw te gaan zoeken. De vertwijfelde Gioconda neemt nu het flesje gif en maakt duidelijk wat haar plannen zijn in een grootse scéne met (de aria: " Suicido ! ... In questi fieri momenti ! ") " Zelfmoord " . Maar dan vraagt ze zich opeens af wier er dan voor de twee vrouwen gaat zorgen ? Ze werpt het flessje weg en probeert krachte te verzamelen. Haar gedachten beginnen te tollen. Of Laura wel werkelijk nog leeft ? Zo ja, wat zou er gebeuren als ze haar rivale in de liefde zou doden ? Zou ze dan Enzo alsnog voor haar kunnen winnen ? Gioconda valt overweldigend flauw.
Plotseling komt Enzo binnen. Hij weet onmiddellijk dat hij zijn vrijheid te danken heeft aan Gioconda, en hij heeft maar één vraag voor haar. Wat wil je van mij ? Op haar antwoord dat ze hem het geluk terug wilde geven, antwoordt Enzo dat hij, alleen nog wil sterven nu zijn geliefde dood is. Gioconda vertelt hem dat Laura niet langer in de grafkist ligt. Enzo is buiten zichzelf, ze heeft een lijk ontvreemd ! Buiten zinnen trekt hij zijn dolk en wil Gioconda neer steken, maar op dat moment weerklinkt een luid " Enzo " ! Laura komt de trap af , de beide geliefden vallen in elkaars armen, en Laura legt Enzo uit dat Gioconda haar heeft gered. De boot is gearriveerd, Gioconda heeft de vlucht zorgvuldig voorbereid en beschrijft het stel hoe ze naar Illigrië kunnen ontsnappen.
Nadat ze eenmaal zijn vertrokken, stort Gioconda in en wil ze zich definitief van het leven beroven. Maar dan denkt ze terug aan haar moeder, ze moet haar zien te vinden ! Ze herinnerd zich bovendien wat ze Barnaba heeft beloofd , een belofte die ze moet inlossen. En dan arriveert de man die ze zo haat. Ze weet hem nog een tijdje van zich af te houden, maar beseft dan dat Ze er niet kan aan ontkomen, en steekt zichzelf neer. Barnaba vertelt haar nog dat hij haar moeder heeft verdronken , omdat ze hem heeft beledigd, maar dat heeft Gioconda gelukkig niet meer kunnen horen, ze is al dood. Met een woedende schreeuw stormt Barnaba nu het toneel af en het doek valt.
Historische uitvoeringen.
Amilcare Poncielli (1834-1886) bewijst hier met zijn werk " La Gioconda " dat hij een zeer hoog niveau kon halen. Zijn Gioconda is eigenlijk een opera te situeren tussen de Franse " Grand Opéra " en de dramtische kunst van Verdi. Poncielli werkte een beetje in de schaduw van Verdi en Wagner en de componisten van het Franse " Grand Opéra " genre. Maar Ponciellie vergt heel veel van zijn zangers wat heden dus moeilijk te bezetten valt zonder een pak wereldvedetten te engageren. Het is heden in de operawereld een statuscultus als wereldster om in " La Gioconda " een rol gepresenteerd te krijgen, vele werldsterren hebben in het verleden uitgeblonken in dit werk van Poncielli om er maar enkelen te noemen " Enrico Caruso, Maria Callas, Renata Tebaldi, Renate Scotto, Carlo Bergonzi, Benjamino Gigli, Richard Tucker, Mario Del Monaco, Luciano Pavarotti, Eva Marton, Placido Domingo, Montserat Caballé enz.......
De première van Ponchelli's opera " La Gioconda " was aan de Scala van Milaan op 8 april 1876. ( Zie de foto hier hoger " Poncielli gezeten met zijn vertolkers van het eerste uur rond hem die toen de hoofdrollen bezetten ). De première werd gedirigeerd door een vriend van Boito, Franco Faccio, die hij in 1855 had leren kennen op het conservatorium, ze hadden ook als vrijwillgers gedient in de vrijheidstrijd tegen de Oostenrijkers in 1866. Ook de vertolkers aan de Scala waren niet de eerste de besten met Maddolena Mariani Masi als Gioconda, Marietta Biandolini Rodrigues als de eerste Laura, de legendarische Spaanse tenor Julian Gayarre als de eerste Enzo, ook de beroemde bariton Gottardo Aldighieri als Barnaba, werd dit werk een triomf. Maar Poncielli was niet vlug tevreden en zou deze opera nog een tweetal keren herwerken in 1878 en in 1880 zou dan de defintieve versie volgen die heden meestal nog gespeeld wordt.
Na de laatste versie verdween dit werk voor een tijd van het podium omdat dit werk wel in de schaduw kwam te staan van Verdi's rijpere late werken zoals Aida,Otello en Falstaff. Ondanks de mindere aandacht wordt Poncielli toch beschouwd als de voorloper van het Verismo. Uit zijn Gioconda was indertijd ook zijn balletmuziek zeer geliefd " De urendans " waarin ik in de beschrijving van de vorige akte aandacht heb besteed. Een eerste internationale opvoering aan Covent Garden was in 1883, met Marconi als Enzo, Catogni als Barnaba en Edouarde de Reske als Alvise. Hetzelfde jaar nog De Amerikaanse première aan de Metropolitan Opera met Christine Wilson, Fursch Modi, Roberto Stagno, Del Puente en Novarre. Verdere internationale belangstelling bleef uit.
In Italië bleef het werk een basisopera op het repertoire tot na het overlijden van de componist in 1886. Alleen in Noord- en Zuid Amerika bleef het werk in de aandacht. Des te verwonderlijker is dit niet in Duitsland en Franrijk waar het nooit is opgevoerd. Het is één van de werken die hun populariteit in de oorspronkelijk taal behouden hebben, maar om ongekende reden nooit Internationaal erkend geworden zijn. Eén uitzondering daargelaten in Gent is dit werk enkel in 1959 uitgevoerd in het Frans voor vier vertoningen.
In de twintigste eeuw kwam de aandacht voor dit werk terug in 1952, omdat Maria Callas er, een beroemde studio opname heeft van opgenomen net al Montserat Caballé en Pavarotti in 1980 ook in San Fransisco maakte men een mooie filmopname met Eva Marton en Placido Domingo in 1986 van bijde operasterren een hoogtepunt in hun loopbaan.
Finale Akt.4 met Maria Callas en Paola Silveri (1952)
Historische uitvoeringen in de lage landen.
In Nederland is " La Gioconda " vele malen door de Italiaanse opera opgevoerd. Het laatste in 1938 met Louisa Lucini, Maru Falliani, Renato Gigli, Enrico De Franceschi en Andrea Mongelli.
In Gent vind ik een eerste vertoning op 29 maart 1906 in het Italiaans, met Gressler als Gioconda, Goretta als Laura, Esporito als de La Cieca en Banquells als Alvise, Battani als Enzo en Arrighetti als Barnaba onder de leiding van dirigent Wehils, alleen deze laatste heb ik terug gevonden in de dirigentenlijst van de Gentse opera, de vertolkers niet waardoor ik er vanuit ga dat dit een gala-gastvoorstelling was. Er is wel een herhaling geweest met dezelfde bezetting in het speelseizoen 1908/09 ook in het Italiaans. Vijftig jaar later vind ik opnieuw een productie maar deze keer een Franse versie in 1959 met Gèri Brunin als Gioconda, Lucienne Delveaux als Laura, Renée Varby als La Cieca, Antonio Nardelli als Enzo, Felix Giband als Alvise, Lucien Cattin als Barnaba en deze keer onder de leiding van dirigent Ledent.
In het speeljaar 1979/80 vind ik nog een productie terug te Gent en deze keer terug in het Italiaans met Adelina Romano als Gioconda, Bruna Baglioni als Laura, Marcelline Keirsbulk als la Cieca, Pierro Visconti als Enzo, Marco Stecchi als Barnaba en Tadeus Wierzbicki als Alvise, Jef Van Den Berghe als Zuane, Frank Ten Bos als Isepo, Jaak Vandewalle als een matroos en Andre Gerlo als Barnetto onder de leiding van dirigent Morelli. Te Gent dus in totaal 10 voorstellingen waarvan 6 in het Italiaans en 4 in het Frans.
Aan de overige Belgische operahuizen vind ik recentelijk nog enkele producties terug. In juni 2006 werd deze opera opgevoerd aan de " Opéra de Wallonie " te Luik als afsluiting van het speelseizoen met in de hoofdrollen Maurizio Comencini als Enzo, Anna Shofaginskaia als Gioconda, Lidia Tirendi als Laura, Jean Phillipe Lafont zong de rol van Barnaba, en de Russische bas Bavita Burchhuladze zong Alvise, ik vind enkel, enkele matige commentaren terug over deze voorstelling. Ook aan de Munt van Brussel vind ik recentelijk een productie van juist voor het coronatijdperk 2019 terug. Het was al van 1939 geleden dat men deze opera had uitgevoerd. Ook hier vind ik maar matige commentaren op de website van " I Grand Inquisitor ". Het enige wat ik hierover nog kwijt wil dat er in beide gevallen met geen woord gesproken word over de balletprestaties bij dit werk " De Urendans ". Voor mij kan deze moderne choreografie aan de Munt niet tippen aan de klassieke uitvoeringen van sommige andere grote operahuizen. Ik vind dat geweld en verkrachting niet op een theaterpodium thuis mag horen hoe poëtisch de uitvoering ook is. Ik vind dit enorm arrogant, aanstootgevend en respectloos.
De beschrijving van de commentaren kunnen gelezen worden op de site " Il Grand Inquisitor "
Il Grand' Inquisitor - La Gioconda in Luik (kanevas.be) 2006.
Il Grand' Inquisitor - La Gioconda in de Munt (kanevas.be) 2019.
Discografie en Cinégrafie.
Op het internet heb ik 75 complete geregistreerde opnamen gevonden
A. Audio opnamen.
1) 1931 onder de leiding van Lorenzo Molajoli orkest van de Scala van Milaan met Giannina Arangi-Lombardi, Alessandro Granda, Gaetano Vivianni, Ebe Stignani, Corroda Zembeli, op Colombia en Naxis " Historisch 8.110112-14 (3Cd's-2000)
2) 1952 onder Antonio Votto met het orkest della Rai Torino, met Maria Callas, Gianni Poggi, Paola Silveri, Fedora Barbieri, Giulio Neri op Cetra LP's 1241-1/3 (3 LP's).
3) 1957 onder Fernando Previtali met het orkest Santa Cecilia met Zinka Milanov, Giuseppe Di Stefano, Leonart Warren, Rosalind Elios en Pliunio Clabassi op RCA Victor LM6139 (3LP's) od op Decca " Grand Opera 44 548-2 (3 CD's) .
4) 1957 onder Gianandrea Gavanazzi met Anita Cerquetti, Mario Del Monaco, Ettore Bastianini, Giullietta Simionato en Cesari Siepi. op Decca LXT5400-5402 (3LP's).
5) 1981 onder Bruno Bartolli met het Londen Filharminisch orkest, met Montserat Cabalé, Luciano Pavarotti, Sherill Milnes, Agnes Baltsa, Nocolai Ghiorov. Op Decca D232D3 (3LP's) od op Decca Londen 414 349-2 (3CD's-2005).
B. Opera-film op DVD.
1) 1986 Televisie film, regie Hugo Käch met Eva Marton, Placido Domingo, Ludmilla Semtschuk, Kurt Margarito Lilova, en Matteo Manuguerra, op DVD ; Opeacollectie n° 45.
2) 2005 live video Arena Verona onder Donato Renzetti, met Andrea Griber, Marco Berti, Carlo Colombara, Alberto Mostromarino, Ildiko Komlosy, Elisabetta Fiorelli op Dynamic DVD Cat: 33500 (2006) of op Première Opera DVD 5696(2006).
Meest recente reacties
https://basiaconfuoco.com/2016/11/02/la-gazza-ladra/
ik deed nog een componist er bij
https://basiaconfuoco.com/2018/02/14/romeo-en-julia-van-gounod-bellini-en-zandonai/
https://basiaconfuoco.com/2020/06/24/zelmira-van-rossini-ontroerend-mooi-totaal-vergeten/?fbclid=IwAR2tRY4KPE3Qp0I8CRdBMVsD3skHGdKFB7aPCAxGgwgnxO-PxnVlJhAVHs8
Altijd weer bijzonder interessant, Gilbert. Wat de eerste opname betreft van José Van Dam (in 'Deh vieni a la finestra' van Mozart): ik hoor de originele versie, met pizzicato-orkest en mandoline solo