Jacques Offenbach (1819-1880)

Het gezegde " Offenbach le Mozart des  Champs Elysées " kwam van Rossini toen hij een foto overhandigde aan Offenbach. Rekening houdend met de zuiderse zin voor overdrijving van de grote Italiaan, mogen we dit compliment toch beschouwen als een verdiende lofbetuiging aan het adres van de componist, die op treffende wijze zijn stempel drukte op het muzikale leven van de periode waarin hij bedrijvig was. Het eigenaardige in Offenbachs geval is wel dat hij als een specifieke Parijzenaar kan gelden, daar hij eigenlijk van Duitse komaf was. 

Jacques Offenbach werd op 20 juni 1819 geboren te Keulen als een zoon  van een Israëlitische cantor. Op 14 jarige leeftijd trok hij samen met zijn broer naar Parijs, ze werden er alle twee toegelaten  tot de Parijse vioolschool aan het Parijse conservatorium, hij als cellist en zijn broer als violist. Hij hield het er niet lang uit en begon een loopbaan als cellist in het orkest van de Opéra Comique. Toen hij dertig was , kreeg hij een aanstelling als leider van de toneelmuziek bij de " Comédie Française ". Het was in die periode dat hij zijn toneelvorming opdeed en zich gedwongen voelde zijn kans te wagen op gebied van de opera. 

In 1855 begon hij zijn eigen theateronderneming " Les Bouffes Parisiennes " , waar hij hoofdzakelijk éénakters van eigen composities liet opvoeren. Hij had hiermee zoveel bijval, en het werk liep zo vlot dat hij zich weldra aan avondvullende programma's kon wagen. Hier ontstonden " Orhpée aux enfers "(1858) zijn eerste grote werk, hierna volgden " La belle Hélène " (1864), " Barbe Bleue " (1866) , " La vie Parisienne " ( 1866) , " La Grand Duchesse de Gérolstein " (1877) en " Les Bandits " ( 1869). Zijn grote doel was succes te boeken met een grote opera en zo vond hij na lang en moeizaam speuren " Les Contes d'Hoffmann " als libretto. Hij werkte de pianopartituur af, maar kon zelf niet meer voor de volledige orkestratie zorgen, want hij werd door de dood verrast op 5 oktober 1880. 

Het was Ernest Guiraud die op verzoek van de familie de  partituren  voltooide van " Les Contes d'Hoffmann " en van " Belle Lurette ". In " les Contes d'Hoffmann " voelt men dat Offenbachs talent tot volle rijpheid was gekomen die hem terecht mag doen beschouwen als een der grootste musici van de negentiende eeuw. Rossini's compliment is derhalve niet zo overdreven.

De belangrijkste theaterwerken.

Jacques Offenbach heeft zo'n 100 tal theaterwerken geschreven waarvan de belangrijkste hierna volgen. Zijn werk bestaat uit - opéra-comiques (opera's met gesproken dialogen zoals in de barok opera seria) , opérettes, opérette-bouffes, opérette fantastique, opéra-bouffon, opéra-romantique, fantasie-musicale, bouffonerie-musicale, opéra-bouffon-féerie, revue, en opéra ( zijn " Les Contes d'Hoffmann " die eigenlijk zijn enige echte opéra is ) . Enkele van zijn bekendste werken volgen , het zijn die werken die men nu nog af en toe op het repertoire van de operahuizen vindt.

1) " Ba-ta-clan " (1855) éénakter Chinoiserie musicale.

2) " Un postillon en gage " (1856) opérette.

3) " Orphée aux enfers " (1858) opéra-bouffon in 4 bedrijven .

4) " Geneviève de Brabant " (1859) opéra-bouffon in 2 bedrijven.

5) " Daphnis et Cloé " (1860) opérette in 1 bedrijf.

6) " Le pons des soupirs " (1861) opéra-bouffe in 2 bedrijven.

7) " Les géorgiennes " (1864) opéra-bouffe in 3 bedrijven.

8) " La Belle Hélène " (1864) opéra-bouffe in 3 bedrijven.

9) " Barbe-bleue " (1866) opéra-bouffe in 3 bedrijven.

10) " La Vie Parisienne " (1866) opéra-bouffe in 5 of 4 bedrijven.

11) " La Grande -Duchesse de Gérolstein "(1867) opéra-bouffe in 3 bedrijven.

12) " Robinson Crusoé " (1867) opéra-comique in 3 bedrijven.

13) " Les brigands " (1869) opéra-bouffe in 3 bedrijven.

14) " Le roi Carotta " (1872) Opéra-bouffe-féerie in 4 bedrijven.

15) " Fleurette " (1872) opéra-comique in 1 bedrijf.

16) " La boulangère a des écus " (1875) opéra-bouffe in 3 bedrijven.

17) " La fille du tambour-major " (1879) opéra-comique .

18) " Belle Lurette " (1880) opéra-comique in 3 bedrijven.

19) " Les Contes d'Hoffmann " (1880 onvoltooid) opéra in 3 bedrijven met proloog en epiloog.