Huistorische uitvoeringen " Les Contes d'Hoffmann "
Historische uitvoeringen.
Het is opmerkelijk dat de eerste opvoering, op 10 februari 1881 in de Opére-Comique, in twee bedrijven was. Daar speelde men de Antonia-scéne voor de Guilietta scéne in Venetië en men hoorde de barcarolle door een venster op de achtergrond. Alexander Talazac was de eerste Hoffmann, Adèle Isaac was de eerste Olympia, Antonia en Guilietta, Alexandre Taskin vertolkte de drie demonen. Later werd het werk in een nieuwe versie gebracht en kwam het Venetiaanse bedrijf er bij. Twee nummers hieruit waren echter afkomstig uit een andere opera van Offenbach, uit zijn onsuccesvolle " Die Rheinnixen " uit 1864 die in Wenen was opgevoerd. Het waren Hoffmanns drinklied en ..... de Barcarolle. Het werden de twee beroemdste elementen uit de Franse operageschiedenis. Dit bevestigde de theorie dat de tweede akte door Guiraud werd samengesteld naar de schetsen van Offenbach, en tevens met gebruikmaking van vroegere nog niet gepubliceerde composities. De opera van Offenbach kreeg een slechte naam omdat tweemaal een theater afbrandde tijdens de voorstelling van dit werk. Dit bijgeloof uit de 19de eeuw is nu overwonnen en het werk nestelde dermate in het Duitse repertoire dat het als " Hoffmanns Erzählungen " haast een Duitse opera is geworden. Het behoort er tot de vaakst gespeelde werken. De Franse originele versie verdient echter de voorkeur. Adèle Isaac vestigde de traditie om de vrouwelijke hoofdrollen door één zangeres te bezetten. Er zijn slechts weinig sopranen hiertoe in staat. Na WO II is er ook de tendens ontstaan deze rollen te bezetten door drie specifieke top diva's coloratuursopraan, lyrische sopraan en dramatische sopraan. Sopranen die op hoog niveau deze drie rollen konden brengen samen met de gesproken rol van Stella waren: onze eigen Vina Bovy die in 1937 stuntte op het Amerikaanse continent te New York dit was toen de allereerste keer in Amerika. Anderen waren Ruth Ann Svenson, Catherina Malfitano, Edita Gruberova, dame Joan Sutherland, Beverly Sills, ook de Gentse Hilda De Groote, en ook te Gent de Franse sopraan Françoise Garner. Uit dramatisch oogpunt is dat wel van belang omdat zowel Olympia, Antonia en Guilietta facetten zijn van dezelfde persoon : Stella, de onbereikbare liefde van Hoffmann. Ook het door één bariton laten uitvoeren van de vier schurkenrollen is uit dramatisch oogpunt van belang, ze zijn alle vier de verpersoonlijking van het kwaad.
Historische uitvoeringen in de lage landen.
Een van de vroegste voorstellingen in Nederland vind ik terug in 1932 onder de leiding van Pierre Montreux die het werk bracht voor de Nederlandse Wagnervereniging. Eidé Norena zong toen de vier vrouwenrollen, naast Paul Henri Verges als Hoffmann en André Pernet als de vier demonen. Als experiment zong de jonge bariton Martial Singher toen de rol van Niklausse, die anders steeds in travestie door een Dugazon gezongen wordt. Aan de Metropolitan volgde men echter de traditie alle rollen apart te bezetten, waardoor de bezetting een ongelooflijke lijst van beroemdheden vermelden, onze eigen Gentse Vina Bovy bracht daar verandering in in 1937 zij zong er voor het eerst op het Amerikaanse continent de vier vrouwenrollen naast de Belgische tenor René Maison als Hoffmann, die hier ook al te Gent werkzaam was 1920/21 tot 1925/26, naast de grote Amerikaanse bariton Lawrens Tibbett die de vier demonen vertolkte. Deze bijzondere historische opname is ook beschikbaar op CD. De Nederlandse opera bracht Hoffmanns vertellingen ook in een Nederlandse versie, die echter niet lang repertoire hield.
De Brusselse Muntschouwburg zorgde in het speelseizoen 1958/59 voor een reprise tijdens de wereldtentoonstelling van 1958 te Brussel. Michelle Auber zong er alle vrouwenrollen, Huc-Santana zong de vier demonen.
In Gent ontdek ik toch al een voorstelling in een Franse versie op 5 januari 1883 (zonder het Guilietta bedrijf) met Jacob als Stella, Olympia en Antonia, Marcis als Hoffmann, Villefranck als de vier demonen, onder de leiding van Henri Waelput. De opera hield repertoire in het Frans met lange tussenpozen tot 1945/46. In 1912 met Louis Dister als Hoffmann en José Beckmanns als de vier demonen. In 1932 zong de Franse sopraan Gebriëlle Ritter-Ciampi de vier vrouwenrollen, Andre Perret de vier demonen en Louis Izar was Hoffmann. In 1934/35 vinden we Vina Bovy in de vier vrouwenrollen en in 1945 en 1947 was het de beurt aan Clara Claibert om de vier vrouwenrollen te vertolken naast haar podium partner André d'Arkor als Hoffmann, en Lucien Van Obbergh de 4 demonen. Een eerste vertoning in het Nederlands in 1949 met Elisabeth Verlooy als Olympia in haar debuutjaar, zij zou vanaf 1953 een internationale carrière uitbouwen aan alle grote Franse operahuizen. In 1949 was Alberta De Reuck als Guilietta en Berte Van Hyfte als Antonia, Marie Liétard was Niklausse, en Luciene Delveaux debuteerde er als de stem van Stella, zij zou later een van de grootste mezzo's worden van haar generatie en zong ook tot begin der zeventiger jaren van vorige eeuw aan alle grote Franse en Belgische operahuizen, in deze voorstelling zong de jonge tenor Achiel Sommers de Hoffmann rol. De Nederlandse versie hield repertoire tot 1961 waar tal van nieuwe zangers en zangeressen debuteerden zoals Lucy Tilly als Olympia, Alberta de Reuck als Guilietta en Antonia, Hilda De Groote als Olympia in haar debuut. Zij zou later in 1972 alle vrouwenrollen brengen. Jacqueline Van Quaille als Guilietta, René Sausez, Achiel Sommers en Jan Verbeeck als Hoffmann, Edward De Decker en Fabio Giongo als de demonen. Van 1946 tot 1961 werd er telkens een Nederlandse versie gebracht en vanaf 20 oktober 1966 werd de honderdste voorstelling terug een Franse , voortaan zal de Franse versie de voorrang blijven krijgen omdat men vanaf 1960 de intentie had de opera's en operettes te brengen in de originele taal van de componist dus we krijgen dan terug de tradities dat de latere voorstellingen terug de vrouwenrollen gezongen worden door één sopraan zoals in 1966 Georgette Cooleman en in 1972 Hilda De Groote en in 1976 de Franse sopraan Françoise Garner.
Discografie en Cinégrafie.
In totaal zijn er 97 complete opnames beschikbaar van deze opera. de oudste is echter een Duitse versie van 1932 aan de Berliner Staatsopera en de tweede daaropvolgende is een Franse versie van 1937 met onze Vina Bovy een René Maison en Lawrens Tibbett en de eerste opname waar de vier vrouwenrollen gezongen worden door één sopraan.
1) 1932 opname in het Duits aan de Berliner Staatsoper onder leiding van Alois Melcior met Helge Roswaemge, Hedwig von Debicka, Karel August Neumon en Else Ruzicka op Black disc. Polidor 24969-24971 78/t zeskanten van 25 cm.
2) 1937 de eerste Franse versie Metropolitan Opera New York onder Maurice Abravanel met Vina Bovy, René Maison, Lawrance Tibbett en Angelo Bada het is radio opname van 23 januari 1937. Reeds op CD bij Naxos Historical 8.110011-2 2005 (2Cd's)
3) 1948 ook een Franse versie aan de Opéra-Comique on der André Cluytens met Vina Bovy, Raoul Jobin, Renée Doria, Geori Boué, André Pernet, Roger Bourdin en Bourvil ook op CD bij Naxos Historical 8.110214-15 ( 2CD's).
3) 1965 ook Franse versie onder André Cluytens met Nicolai Gedda, Gianna d'Agelo, Elizabeth Schwarzkopf, Victoria De Los Angeles, Nicola Ghuizelev en George London op CD -Emi Classics 50999-4-56394-25 ( 2 CD's)
4) 1993 de eerste op DVD aab de opera van Lyon onder Kent Nagano met Daniel Galvez-Vallij, José Van Dam, Gabriël Baquier, Jacques Verrier, Natalie Dessay, Barbara Hendricks, Isabelle Vernet, Brigitte Balleus, Hélène Jossoud en Lisette Malidor. op DVD Deagiostine Collection n°12.
Hier kreeg ik medewerking van opera nastalgia voor het gebruik van sommige foto's hiervoor dank aan : Rudi van den Bulk.
Meest recente reacties
https://basiaconfuoco.com/2016/11/02/la-gazza-ladra/
ik deed nog een componist er bij
https://basiaconfuoco.com/2018/02/14/romeo-en-julia-van-gounod-bellini-en-zandonai/
https://basiaconfuoco.com/2020/06/24/zelmira-van-rossini-ontroerend-mooi-totaal-vergeten/?fbclid=IwAR2tRY4KPE3Qp0I8CRdBMVsD3skHGdKFB7aPCAxGgwgnxO-PxnVlJhAVHs8
Altijd weer bijzonder interessant, Gilbert. Wat de eerste opname betreft van José Van Dam (in 'Deh vieni a la finestra' van Mozart): ik hoor de originele versie, met pizzicato-orkest en mandoline solo